Port-forwarding met kpn-experia box, sneller downloaden
Port-forwarding betekent letterlijk: poort toezending. Het is vooral handig als je veel moet downloaden, omdat het de computer en de server in staat stelt sneller te communiceren. Bij een modem verbinding is dit meestal al aanwezig, maar voor verbindingen via een router is het minder vanzelf sprekend. Een poort forwarden kan de totale downloadsnelheid met een factor 6 verhogen.
Wat is het voordeel?
Op het moment dat de computer de opdracht krijgt om iets te downloaden, dan gaat de computer de desbetreffende server aansturen om de informatie op te sturen. Deze informatie komt dan binnen via een bepaalde poort. De server weet niet dat jou router eigenlijk een router is. De server denkt dat een computer hem om deze gegevens vraagt en hij stuurt ze daarom op naar de router voor een bepaalde poort. De router weet op zijn beurt niet naar welke computer hij het moet sturen, op de router kunnen immers meerdere computers zitten. De router kan zijn ontvangen informatie dus niet verder sturen en stopt ze weg. De computer merkt op zijn beurt dat de gegevens niet aankomen en vraagt de router waar ze zijn gebleven. Deze reageert daar op door de data alsnog te sturen. Dit is natuurlijk erg omslachtig. Op het moment dat deze informatie over een port-forwarden gestuurd wordt, dan weet de router meteen dat die poort bij een bepaalde computer hoort. Omdat de router instellingen nogal kunnen verschillen per router, is het onmogelijk om 1 vast protocol te maken waarmee je alle routers kunt port-forwarden. Vandaar dat dit artikel alleen geldt voor de KPN-experia box, de SX551.
Wat je wilt wel en niet wilt forwarden
Grootschalig downloaden gebeurt vooral via torrentdownloaders, zoals Vuze. De poort waar Vuze zijn bestanden over verstuurd en ontvangt is (als deze niet door de gebruiker gewijzigd is) 6881. In principe kan je elke poort voor elk programma forwarden. Als je bijvoorbeeld wilt dat Internet Explorer sneller gaat downloaden, dan ga je poort 80 forwarden. Poort 80 wordt gebruikt door het http protocol wat bijna elke internet site gebruikt. Het nadeel is echter dat er meer applicaties zijn die gebruik maken van poort 80 en het forwarden ervan kan dus voor problemen zorgen. Daarom moet je altijd goed uitkijken met de poorten die je forward. Het onwillekeurig forwarden van elke poort is niet aan te bevelen. Het is niet alleen heel veel werk, maar zorgt er ook voor dat alle programma's op het internet een directe verbinding met jou computer aan kunnen leggen. Dit verhoogd het risico op cyberaanvallen.
Er zijn twee manieren om een static IP te krijgen. Je kunt je router zo instellen dat hij je een static IP geeft, of je laat Windows weten dat je een static IP wil. De methode over de router is iets ingewikkelder, maar nog steeds goed te doen voor de beginnende gebruiker. Het is niet nodig om allebei de methodes toe te passen, maar ook niet essentieel. Het kan zijn dat het voor jou combinatie van ontvanger en computer nodig is dat allebei de methodes worden gebruikt, het kan ook zijn dat ze met jou combinatie van ontvanger en computer juist niet werken. Het is dus verstandig om eerst 1 methode te proberen en daarna pas de andere te doen. Het aanmaken van een static IP is ongeveer de helft van het hele port forwarden.
De routerinstellingen van de KPN-experia box beheren
Bij het forwarden van poorten moeten er altijd router instellingen veranderen worden. Om bij de KPN-experia box de instellingen te veranderen typ je simpelweg 192.168.2.1 in, in de internet browser. De eerst volgende pagina wordt dan meteen het inlogscherm van de router. Die vraagt dan om een wachtwoord. Het standaard wachtwoord is 'admin'. Dit wachtwoord dient meteen veranderd te worden omdat anders iedereen aan de router instellingen kan zitten. Als na het veranderen van de router instellingen blijkt dat er geen verbinding meer mogelijk is, dan moet de router gereset worden. Als dit gebeurt dan worden de fabrieksinstellingen weer ingesteld en is het wachtwoord weer 'admin'.
Een static IP door middel van de routerinstellingen
Als je inlogt wordt er meteen gewezen op alle gevaren die jou instellingen met zich meebrengen. Deze zijn voor het port-forwarden niet interessant.
Advanced Settings ---> Internet --->Internet Connection.
- Verander de waarde: IP Address naar Static. Om te kunnen port-forwarden moet het IP adres altijd hetzelfde zijn, als dit niet het geval is, dat zoekt de router er zelf een uit voor de computer.Een vast IP-adres is noodzakelijk, omdat de router bij het forwarden, probeert om een vaste poort aan 1 vast computer te linken. Daarvoor moet het IP-adres constant zijn. Het IP-adres binnen een netwerk zorgt ervoor dat niet alle computers in het netwerk de zelfde bestanden toegestuurd krijgen.
- Het spreekt voor zich dat zodra de optie static gekozen is, de een vast IP-adres wil hebben. De eerste drie getallen van het IP-adres moeten 192,168 en 2 zijn. De laatste moet een waarde tussen de 2 en de 200 zijn. Deze 199 verschillende waarden zijn nodig als er meerdere computers op 1 router aangesloten zijn.
- We gaan er hier vanuit dat je als vast IP-adres 192.168.2.2 hebt gekozen.
- De volgende instelling is het subnetmasker dat aangegeven wordt met Subnet mask. Deze waarde geeft aan hoe de router zijn verbinding met de computer noemt, binnen het netwerk. Deze zijn altijd combinaties van de getallen: 255 en 0. De gebruikelijke standaard is '255.255.255.0'.
- De Default Geteway waarde is de waarde waar het IP-adres van de router moet komen te staan, dat is dus '192.168.2.1'. (vergeet niet de instellingen op te slaan door onderaan de pagina op Ok te drukken)
- Dat de verbinding tijdens het veranderen van de instellingen af en toe uitvalt is te verwachten, de router heeft tijd nodig om de waardes te veranderen en dan op die 'nieuwe' manier de verbinding te maken.
Een static IP door middel van de Windows Instellingen
Op deze manier kan je Windows laten weten dat je een static IP wilt:
Start ---> Configuratiescherm ---> Netwerk- en Internet-verbindingen ---> Netwerkverbindingen
- In de map Netwerkverbindingen staan alle verbindingen die bij de computer bekent zijn. Dubbelklik op de verbinding die je gebruikt en dan naar Eigenschappen. Daar staat in het tabblad Algemeen, het vinkje met de titel: Internet-protocol (TCP/IP)
- Selecteer deze en klik op Eigenschappen. Selecteer de mogelijkheid: Het volgende IP-adres gebruiken.
- In het IP-adres hoort de waarde van het static IP-adres te staan, hier is dat '192.168.2.2'. Als Subnetmasker hoort het gekozen subnetmasker, hier is dat '255.255.255.0'. De Standaard-gateway is hier '192.168.2.1'.
- Nu moeten ook nog de Voorkeurs en Alternatieve DNS-server worden in gesteld. Een DNS sever is de server die jou internet opdrachten verwerkt en de juiste internet adressen daarbij opzoekt. Omdat je router al weet wat de DNS servers zijn vul je hier gewoon het IP adres van je router in: '192.168.2.1'. Als je graag zelf wilt weten wat je DNS servers zijn, dan kan dat op de volgende manier:
192.168.2.1 ---> Status---> Internet
Daar staat een hele lijst gegevens van het netwerk en de router, waaronder Preferred DNS server (Voorkeurs DNS) en Alternate DNS server (Alternatieve DNS).
De poort forwarden
Advanced Settings ---> Internet ---> Address Translation (NAT)
- De waarde Netwerk address translation moet op 'On' staan, als het goed is, is dat al zo.
Address Translation (NAT) ---> Port Forwarding
- Voor de communicatie tussen een computer en een andere computer zijn veel verschillende protocollen bedacht. Deze stellen de computer en de andere computer in staat om met elkaar te communiceren. Tussen een server en een computer is dat net zo. De meest gebruikte protocollen zijn UDP en TCP. De vraag is welke van de twee nodig zijn voor het programma. In het geval van Vuze zijn ze allebei nodig. Als een programma alleen maar TCP gebruikt, dan hoeft alleen protocol TCP aan te staan.
- De Public port en Local port beschrijven de externe poort van de computer en de poort voor de computer zelf. Deze twee waardes moeten gelijk zijn aan elkaar. In dit specifieke geval van Vuze wordt dat dus twee keer '6881'. De volgende waarde beschrijft welk IP-adres deze poort binnen het netwerk toegewezen krijgt. Dat wordt natuurlijk de waarde van de 'Static' IP. Dus bij Local IP Address moet '192.168.2.2' komen te staan. Het kopje Comment spreekt voor zich. Als laatste moet de waarde Enable natuurlijk aangekruist zijn.
Voetnoten
In dit artikel wordt er vanuit gegaan dat je 'nieuwe' static IP, 192.168.2.2 wordt. Als alle vorige handelingen nog niet naar het gewenste resultaat hebben geleidt, is het de moeite waard om een static IP te maken met het adres: 192.168.2.x waarin x een waarde boven de 200 is. In sommige gevallen werken de instellingen dan wel.
Het enige waar nu nog rekening mee gehouden dient te worden is de firewall. Deze moet zo afgesteld zijn dat de ge-forwarde poort niet geblokkeerd wordt.
(
Start ---> Configuratiescherm ---> Beveiligingscentrum ---> Windows Firewall ---> Uitzonderingen)