SCORM: de norm in e-learning
Hoewel SCORM geen officiële open standaard is, is het wel een vrij algemeen erkende norm voor specificaties rond e-learning, elektronisch leren. Dit betekent in de praktijk dat online cursussen en toetsen zodanig worden gemaakt dat de resultaten ervan meetbaar en uitwisselbaar zijn. Officiële doelstelling is om webbased leermateriaal toegankelijker te maken en makkelijker te hergebruiken.
Wat is SCORM?
SCORM is een afkorting van
Sharable Content Object Reference Model. Vrij vertaald dus een model voor het uitwisselen van brokjes ‘leerinhoud’, en het werd ontwikkeld in opdracht van het Amerikaanse leger. Er zijn meerdere versies van de norm ontwikkeld; de twee belangrijkste versies op dit moment SCORM 1.2 en SCORM 2004 (ook wel bekend als SCORM 1.3). Van SCORM 2004 bestaan inmiddels ook nog meerdere 'edities'. SCORM heeft met name betrekking op leerstof die via een webbrowser wordt aangeboden.
Wat doet SCORM?
SCORM zelf doet niets, maar de SCORM-afspraken zorgen er wel voor dat digitale leerinhoud zijn werk beter kan doen. Iedereen die werkt aan e-learning, webbased cursussen en online leerstof werkt volgens dezelfde afspraken. Het grote voordeel hiervan is dat digitale leerstof altijd gekoppeld kan worden aan leerinhoud die door anderen is ontwikkeld, maar ook aan beheersystemen om die inhoud in te plaatsen. Zo werkt het:
- Digitale leerstof oftewel content wordt opgedeeld in her te gebruiken ‘brokjes’. Deze brokjes worden vaak SCO’s of Sharable content objects genoemd. Zo’n SCO kan een testje zijn, een internetpagina met leerstof en vragen, filmpjes met toelichting, noem maar op. Het kan een pagina zijn in HTML (de taal van veel webpagina’s) maar ook een flitsend filmpje in flash of bijvoorbeeld een oefening met muiskliks gemaakt in javascript. Al die losse brokjes vormen samen een cursus over bijvoorbeeld communicatie, maar onderdelen daaruit zijn ook prima te gebruiken in een module over luisteren, vragen stellen of gesprekstechnieken. Sharable betekent dan ook uitwisselbaar.
- Alle onderdelen moeten voorzien zijn van metadata. Metadata betekent niets anders dan informatie over de informatie, met andere woorden, de inhoud moet voorzien zijn van goede beschrijvingen en trefwoorden zodat we weten waar het over gaat en het gemakkelijk via digitaal zoeken terug te vinden is.
- Van de losse leereenheden moet worden geregistreerd welke gebruikers er mee bezig zijn geweest en wat daarvan de resultaten waren. Hoe vaak hebben ze de stof doorlopen, hoe lang hebben ze daarover gedaan, wat waren de resultaten als er vragen en toetsen aan verbonden zijn.
- Al die informatie moet ergens worden opgeslagen. Meestal wordt de learning content gekoppeld aan een beheersysteem (bijvoorbeeld een Learning Management System oftewel LMS) waarin al die cursistgegevens inzichtelijk gemaakt kunnen worden.
- Om de koppeling tussen systeem en leerstof te kunnen maken wordt gebruik gemaakt van een manifest. In dit eenvoudige document op basis van de internettaal xml is vastgelegd wat voor leerstof het is, welke versie, met welke pagina’s je de cursusonderdelen kunt starten en welke inhoud daarbij wordt gebruikt (filmpjes, geluid, enzovoort) en de structuur van de leerstof. Dit manifest zorgt dat er op elke pagina van je cursus wordt gekeken en opgeslagen wat er gebeurt.
Voordelen van SCORM
Zonder het gebruik van deze gemeenschappelijke afspraken ben je heel wat tijd kwijt als je cursussen en systemen aan elkaar wilt ‘knopen’, en het is specialistisch werk.
De voordelen van SCORM zijn dan ook:
- Eén keer ontwikkelen en het werkt altijd en overall
- Leercontent kan vaker, beter en langer gebruikt worden en beter gevonden worden
- Met de SCORM afspraken kunnen verschillende cursusonderdelen van hele verschillende bronnen aan elkaar gekoppeld worden tot een logisch geheel, en zijn ze in te passen in ieder systeem dat volgens dezelfde afspraken werkt
Zo kunnen een paar eenvoudige afspraken de toepassing van digitale leerinhoud aanzienlijk verbeteren.
Er zijn ook andere uitwisselingstechnieken.